Om voeten te leren tekenen kun je het beste van de zijkant beginnen.
Oefening 1: Teken eerst heel licht het hoekige voorbeeld met de rechte lijnen. Daarna maak je de omtrek ronder. De voet is hier gezien vanaf de binnenkant.
Als je de voet vanaf de buitenkant bekijkt zie je de tenen. Dat zie je mooi in deze anatomische tekeningen van Dr. Paul Richer uit 1910.
Oefening 2: Het is ook goed om voeten te kunnen tekenen met de hiel los van de grond. Begin weer heel licht met het hoekige voorbeeld aan de linkerkant. Teken dan de bocht in de voorvoet en maak de omtrek ronder.
Op deze manier staat een danser soms op zijn/haar tenen.
Vanaf de buitenkant gezien zijn de tenen weer zichtbaar. Hier is de hoek met het been anders omdat de figuur rent of hurkt.
Oefening 3: Teken zo licht mogelijk een voet van opzij. Geef de voet daarna een sok, schoen of sandaal.
Een leerling heeft haar voet vleugels gegeven. Voeten met vleugels horen bij verhalen over de god Mercurius uit de klassieke mythologie. Mercurius vloog altijd heen en weer tussen de goden en de mensen, vandaar de vleugels aan zijn voeten.
EXTRA: teken je eigen voet of die van iemand anders na, eventueel met een effen gekleurde of grijze sok. Probeer met schaduw/arceringen plasticiteit te suggereren (= rondingen, holle en bolle delen, plooien etc.).