Oefening 1: teken spiegelbeelden van eenvoudige vormen zoals een letter, cijfer of basisvorm. Een paar dingen om op te letten:
1. Zorg dat de spiegel wordt overlapt door de figuur er voor.
2. Zorg dat de figuur in de spiegel niet helemaal zichtbaar is (de figuur wordt afgesneden door de rand van de spiegel).
3. Zorg dat de hoogtes kloppen. Gebruik eventueel hulplijntjes voor de juiste hoogtes, zodat figuur en spiegelbeeld ongeveer even groot zijn.
4. Schuine streepjes accentueren het reflecterende oppervlak van de spiegel (vaak gebruikt in striptekeningen).
Oefening 2: teken een mensfiguur van opzij en zijn/haar spiegelbeeld. Heel handig zijn hulplijntjes voor de juiste hoogtes, in het voorbeeld het rode hulplijntje onder de kin.
Oefening 3: Wanneer je de spiegel verkort (in perspectief) tekent kun je de figuur van opzij en zijn/haar spiegelbeeld naar elkaar laten kijken. Let weer op de hulplijntjes. Een extra randje geeft de spiegel een beetje dikte. Teken deze opzet na met een eigen figuur.
Hier heeft een leerling een variatie op oefening 3 verzonnen. Hij heeft er echt een persoon van gemaakt. Hij heeft twee horizontale hulplijntjes gebruikt voor de juiste hoogtes en later weer uitgegumd. Ik heb de door hem gebruikte hulplijntjes hier met rood aangegeven.
Hier een ijdele en hypocriete duivel die een spiegel vasthoudt terwijl hij een aureool (teken van heiligheid) voor zichzelf schildert.
Om een mens vanaf de achterkant tekenen die in de spiegel kijkt heb je een foto, een levend model of een getekend/geschilderd voorbeeld nodig. Behalve dat je in feite twee portretten in één tekent (een van achter en een van voor) heb je ook nog te maken met de juiste standen, proporties en de dieptewerking. Ook de 19e-eeuwse Amerikaanse schilder James Wells Champney (afbeelding) heeft waarschijnlijk gebruik gemaakt van een (toen nog) zwart-witfoto als hulpmiddel.
EXTRA: neem een foto (of zoek een voorbeeld) van iemand die vanaf de rugzijde die in de spiegel kijkt en probeer die na te tekenen. Begin met een vereenvoudigde weergave van de compositie (zie voorbeeld). Je kunt altijd gebruik maken van overtrekken om jezelf op weg te helpen. Van zo’n vereenvoudigde weergave kun je een eigen schilderijtje maken.