In de voorgaande twee hoofdstukken was er steeds één verdwijnpunt aan de horizon. Voor het gebouw hieronder heb ik gebruik gemaakt van twee verdwijnpunten: één aan de linkerkant voor de voorkant van het gebouw en één aan de rechterkant voor de zijkant. In de volgende oefening zie je hoe dat gaat. Zorg ervoor dat je potlood goed geslepen is en gebruik een liniaal.
Oefening: constructie van een gebouwtje met twee verdwijnpunten.
Stap 1: teken een kader, een horizon en twee verdwijnpunten (V1 en V2) buiten het kader. Maak met vier hulplijnen (twee uit V1 en twee uit V2) eerst een grondvlak waarop het huis kan staan.
Stap 2: teken vanuit het grondvlak drie verticale lijnen voor (ongeveer) de hoogte van het huis. Omdat het gebouw niet doorzichtig wordt hoef je de vierde lijn vanuit het achterste hoekpunt van het grondvlak niet te tekenen.
Stap 3: teken vanuit een punt op de middelste verticale lijn vluchtlijnen naar V1 en V2. Je hebt nu een blokvorm gemaakt in perspectief. Lijntjes mogen best uitsteken.
Stap 4: bepaal het midden van de voorkant van het gebouw (zie hoofdstuk 1) en zet er een puntdak op. De bovenkant van het dak loopt net als de zijkant van het huis naar V2.
Stap 5: maak het dak aan de achterkant af. Die lijn loopt precies even schuin als de dakrand aan de voorkant en hoeft dus niet naar V1 of V2 te lopen. Teken eventueel wat ramen en een deur in het gebouwtje.
Stap 6: gum alle lijnen uit die je storend vindt en maak het geheel af met kleur en/of schaduw en eventueel een fineliner. Je kunt er figuurtjes en een achtergrond bij verzinnen.