In dit hoofdstuk begin je met willekeurige vluchtlijnen in plaats van een standaard weg of meetkundige tegelvloer. De regel is dat alle lijnen die in werkelijkheid in dezelfde richting lopen samenkomen in één verdwijnpunt aan de horizon. Een verdwijnpunt is als een zwart gat in de verte dat alles opslokt.
In de volgende fantasietekening heb ik vrijwel niets anders gedaan dan objecten verzinnen langs willekeurige vluchtlijnen naar één centraal verdwijnpunt.
Oefening 1: Maak ook een fantasietekening met objecten langs vooraf getekende willekeurige vluchtlijnen naar één verdwijnpunt aan de horizon. Gebruik een liniaal. Je kunt gaandeweg altijd nieuwe vluchtlijnen toevoegen.
Let in mijn fantasietekening eens op de plaatsing van de drie staande figuurtjes in het midden. Het is precies dezelfde opzet als in oefening 2 van het vorige hoofdstuk, alleen dan zonder tegelvloer.
Oefening 2: In deze oefening leer je stapsgewijs hoe je een perspectieftekening zou kunnen construeren. Voel je vrij om onderweg andere keuzes te maken; het is dus zeker niet nodig om mijn voorbeelden exact te kopiëren.
Stap 1: teken twee vluchtlijnen op de grond naar een verdwijnpunt aan de horizon. Het zou een weg, brug of de vloer van een eindeloze gang kunnen zijn. Kies een punt op een van de vluchtlijnen en teken van daar uit een verticale lijn die een flink stuk boven de horizon uitsteekt. Met de lengte van de verticale lijn bepaal je de hoogte van een muur, gebouw of ander object.
Stap 2: teken vanaf de bovenkant van de verticale lijn een vluchtlijn naar het verdwijnpunt. Ineens lijkt het een eindeloos lange muur. De dikte van de muur waar je recht tegenaan kijkt teken je horizontaal. Teken op een andere plek wat figuurtjes op ooghoogte, met hun voeten ook weer langs een vluchtlijn.
Stap 3: verdeel de eindeloze muur met verticale lijnen in smallere blokken/gebouwen. Zo krijg je bijvoorbeeld zijstraatjes. Bepaal de dikte van de muur/de blokken. Voeg een paar reuzenlolly’s toe, met zowel hun hun boven- als onderkant langs nieuwe vluchtlijnen. De reuzenlolly’s kunnen natuurlijk ook lantaarnpalen of sterk vereenvoudigde bomen zijn.
Stap 4: teken ramen. Ook de boven- en onderrand van de ramen lopen richting het verdwijnpunt. Je kunt altijd nog wat schuiven met de mensfiguurtjes.
Stap 5: Maak het geheel af met schaduw en/of kleur en misschien een fineliner. In mijn voorbeeld lopen ook slagschaduwen op de grond langs dezelfde vluchtlijn..
In de laatste afbeelding, een waterverfschetsje, zien we half open ruimte met twee figuren, allebei op ooghoogte, eentje dichterbij en eentje wat verder weg. De hulplijnen zijn nog duidelijk te zien.
EXTRA: verzin een binnen-of buitenruimte met een centraal verdwijnpunt en een of meer figuren.