Voor schilderijen en tekeningen met een ver uitzicht wordt vaak atmosferisch perspectief gebruikt. De atmosfeer (lucht/mist enz.) zorgt er voor dat objecten die ver weg liggen vager worden, ook in het echt. In hetvoorbeeld zijn de bergen ver weg steeds lichter en vager getekend.
Oefening 1: maak een kleine tekening (hoogstens 15 x 15 cm.) van een heuvellandschap waarin je alles verder weg steeds vager tekent.
In mijn voorbeeld zorgen ook de zig-zag overlappingen van de heuvels voor diepte. Zo verbind je voorgrond en achtergrond. Dit effect kom je vaak tegen in landschapschilderijen.
Oefening 2: maak een kleine tekening (hoogstens 15 x 15 cm.) van als platte vlakken getekende gebouwen, waarbij je het zig-zag-effect en atmosferisch perspectief gebruikt om diepte te creëren. Het hoeft dus niet met vluchtlijnen/verdwijnpunt/horizon enz.