De hoogte van de horizon in een tekening bepaalt vanuit welk perspectivische standpunt we naar een tafereel kijken. In de filmkunst wordt dat cameraperspectief genoemd.
Een laag standpunt: het lijkt nu of wij achter een bootje met twee mensen aan zwemmen. Misschien zijn wij een dolfijn, een haai, een snorkelaar of de periscoop van een onderzeeboot. Het bootje met de twee mensen steekt een stuk boven onze horizon uit, boven onze ooghoogte.
Een hoog standpunt: in de tweede tekening vliegen we als een vogel, een drone of als Superman hoog boven de twee bootjes. De bootjes liggen nu ver onder onze horizon, dus ver onder onze ooghoogte. Alleen de rotsen in de verte steken nog iets boven onze horizon uit.
Als wij onze directe omgeving zouden willen tekenen vanuit een laag standpunt moeten we op onze buik gaan liggen en ons verplaatsen in een mol, worm of egel.
Extra: maak een tekening met als onderwerp “Wat ziet deze mol na een hele nacht tunnels graven als hij ’s ochtends vroeg zijn kop boven de grond uitsteekt?” In het voorbeeld is de mol alvast getekend. Als je de horizonlijn heel licht tekent kun je ‘m later weer uitgummen.