HOOFDSTUK 1 | ZIJAANZICHT 1
Kenmerkend voor het zijaanzicht van het hoofd is vooral de profiellijn van voorhoofd naar neus, mond en kin. Volgens de Griekse mythologie was het allereerste portret een zijaanzicht: een jonge vrouw kraste of tekende de omtrek van de schaduwvorm van haar vriend op een muur. Zij koos expres voor een zijaanzicht met de kenmerkende profiellijn. Er zijn later veel schilderijen over gemaakt.
Oefening 1: Gebruik een foto of vraag iemand om voor je te poseren. Teken zo zorgvuldig mogelijk uitsluitend de profiellijn van jouw model na, vanaf het voorhoofd tot en met de kin (afbeelding). Begin heel licht met losse RECHTE lijntjes (links). Pas daarna verbind je de lijnen met mooie rondingen (rechts).
Oefening 2: Teken uit je hoofd twee profiellijnen tegenover elkaar en verzin iets voor de restvorm ertussen. Voeg achter de holte tussen neus en voorhoofd een vereenvoudigd oog toe: een driehoekje met een dakje erop (het bovenste ooglid). Met een wenkbrauw als bekroning maak je het af.
Oefening 3: Teken deze keer de omtreklijn van iemand’s HELE HOOFD van opzij na. Gebruik een foto of vraag iemand voor je te poseren. Je zult merken dat het gezicht maar een klein deel is van het hele hoofd van opzij. Teken, schrijf, schilder of plak iets in het hoofd, iets dat volgens jou een beetje bij die persoon past. Zo lijkt het alsof hij of zij daaraan denkt.
