Hoofdstuk 1 | HET GEBRUIK VAN EEN ZOEKERTJE

Als je iets in jouw omgeving wil natekenen is het soms handig om een zoekertje te gebruiken. Zo kun je het deel dat je wil tekenen selecteren. Een zoekertje knip- of snij je uit een stuk dik papier of karton. In de afbeelding is het een stuk karton van 10 x 15 cm. met een rechthoekige ‘lensopening’ (het grijze gebied). 

Oefening: Hoe gebruik je het zoekertje?

Stap 1: kies een onderwerp in je omgeving (in mijn voorbeeld een tafel met zomaar wat spullen). Kijk met één oog door het zoekertje naar jouw onderwerp (houd je andere oog dicht).

Stap 2: Houd het zoekertje steeds iets verder weg van je oog. Je zoomt nu in op een deel van het onderwerp. Zo kom je tot verrassende uitsnedes. De rest van de omgeving telt niet meer mee. Ik koos voor een uitsnede van drie objecten op tafel waarvan geen enkele volledig zichtbaar is.

Stap 3: teken een kader met ongeveer dezelfde verhoudingen als de opening in jouw zoekertje. Teken de door jou gekozen compositie/uitsnede in het kader. Tijdens het tekenen kun je het zoekertje af en toe nog als controlemiddel gebruiken.

Met behulp van een zoekertje maak je originele uitsnedes uit jouw omgeving en train je jouw gevoel voor compositie. 

Voorbeeld van een leerling:

EXTRA: teken of schilder een BLOW-UP (sterke) uitvergroting van een van je tekeningen. Voel je vrij om bij een sterke uitvergroting nieuwe keuzes te maken en (zeker als je schildert) jouw compositie als vlakken te benaderen, zonder lijnen. Als je een tekening echt precies wil uitvergroten, kijk dan naar de Handige tips deel 1 hoofdstuk 6 (niveau 1).