Hoofdstuk 3 | DE HIJAB
Een bijzonder voorbeeld van draperie is de Hijab, een hoofddoek. Een Hijab kan op vele manieren gedragen worden en is een stijlvol modeartikel geworden. Het tekenen van een Hijab kan ingewikkeld zijn vanwege de weelderige vormen en plooien. Ik wil je in dit hoofdstuk aan de hand van voorbeelden leren hoe je zo’n tekening opbouwt. Je kunt mijn tips daarna gebruiken bij het natekenen van een foto of (nog mooier) van een levend model die voor jou poseert.
Oefening: teken een of meer van de volgende voorbeelden na. Begin steeds licht met de stand van het hoofd en de schouders en de belangrijkste contouren (omtrekvormen) van de draperie. Pas daarna teken je details.
Voorbeeld 1: een gezicht met hoofddoek van opzij gezien (en profil). Let op hoe klein het profiel van het gezicht is in verhouding tot het hele hoofd (zie ook de les Hoofden en gezichten deel 1, hoofdstuk 5, niveau 2). Zorg dat de ogen op de helft liggen tussen de kin en de bovenkant van het hoofd.
Voorbeeld 2: soms hebben vrouwen een dikke bos haar onder hun hoofddoek en misschien een staart. De hoofddoek wordt dan vooral aan de achterkant veel ruimer. Zie de blauwe en de rode hulplijn voor de verhouding. Vergelijk het met voorbeeld 1. Hier zijn alleen nog de belangrijkste contouren en richtingen getekend, dus geen details.
Na het licht tekenen van de opzet probeer je de details van de draperie tekenen.
Voorbeeld 3: bij het gezicht van voren (en face) begin je met de eivorm van het hoofd en weer de belangrijkste contouren van de draperie. Handig hulpmiddel is hier de wat schuine hulplijn tussen schouders. Na een licht getekende opzet kun je de details van de draperie tekenen.
Voorbeeld 4: voor het natekenen van dit voorbeeld zijn de hulplijnen heel belangrijk: een voor de gekantelde stand van het hoofd, een voor de stand van de schouders en twee voor de richtingen van de bovenarmen (voor andere standen van het hoofd zie Hoofden en gezichten deel 2, hoofdstuk 2 niveau 3). Met hulplijnen wordt zoiets tien keer makkelijker om na te tekenen. Pas nadat je de stand van de figuur redelijk goed hebt ga je details van de draperie tekenen.
Voorbeeld 5: het hoofd in driekwart is het lastigst (zie Hoofden en gezichten deel 2, hoofdstuk 1, niveau 3). Het verticale lijntje naast het hoofd geeft aan dat de ogen weer op de helft van het hoofd liggen. Let op het horizontale lijntje langs de onderkant van de neus. Daaraan zie je dat op die hoogte het gezicht even breed is als de hoofddoek die een beetje over haar gezicht valt. Voor het meten van dit soort breedtes zie Handige tekentips deel 2, hoofdstuk 3, niveau 3.
EXTRA: zoek een levend model om te tekenen. Probeer de tips uit deze les te gebruiken (beginnend met een globale opzet zonder details). Ter voorbereiding kun je eerst een paar foto’s maken van jouw model in een houding die je mooi vindt.