Ik geef in dit hoofdstuk wat algemene tips voor het tekenen van een harige vacht, een verenkleed en een geschubde huid.
1. HARIGE VACHT
Oefening 1: Teken de muis in het voorbeeld hieronder na . Begin zo licht mogelijk met de grote vorm van het lijf en de kop, ongeveer een ovaal op zijn kant. Maak daarna de omtrek in kleine potloodbewegingen preciezer en harig. Werk daarna de vacht uit met fijne arceringen (van priegel-lijntjes tot puntjes). Waar schaduw valt (meestal aan de onderkant) druk je iets harder en/of ga je wat langer door.
Op dezelfde manier, zonder gladde strakke lijnen, tekende de illustrator E. H. Shepard de vacht van het beroemde beertje Winnie the Pooh. Zo’n harige omtrek met daarbinnen fijne arceringen kan natuurlijk ook met fine liner of pen en inkt.
Winnie the Pooh (1926) (vrij naar E.H. Shepard)
Oefening 2: teken op dezelfde manier dit knuffelkonijn na of kies een eigen zacht knuffeldier als je die (nog) hebt.
De vacht van de beroemde Maxi-monsters van de tekenaar Maurice Sendak zien er ook zacht uit door dezelfde manier van tekenen. Het onderlijf van het meest linkse monster is juist geschubd.
2. VERENKLEED
Ik heb in drie stappen een huismus met opgevouwen vleugels getekend: stap 1 was de omtrek (links) met een hulplijn. Let op de schuine stand en de plaats van de pootjes. Stap 2 was het tekenen van de omtrekvormen van het verenkleed zoals in het kopje (midden). Stap 3 was het intekenen van de veren (rechts).
Oefening 2: teken op dezelfde manier deze foto van een koolmees na, eventueel met de kleuren erbij.
3. SCHUBBEN:
De huid van geschubde dieren zoals reptielen heeft de meest wonderlijke structuren. Het is (in ieder geval voor mij) onmogelijk om precies na te tekenen maar je kan wel de suggestie van schubben geven. Ik laat je zien hoe ik dat heb geprobeerd met de foto van een hagedis. Ik ben begonnen met de vorm van het dier, met gebruik van hulplijnen voor de richtingen en verhoudingen. Daarna heb ik de tekening wat verder uitgewerkt met schubben, stekels en lijnen die de ronding van het lijf aangeven. De schubben heb ik zowel in de omtrek van de kop als daarbinnen getekend maar zeker niet heel precies. Misschien wil je zoiets zelf ook uitproberen (hagedissen in een dierentuin zitten vaak stil, dus dat kan ook)
Ook veel vissen hebben een geschubde huid, zoals de karper. Verschillende soorten karpers hebben weer verschillende soorten schubben; de variaties in het dierenrijk zijn oneindig. Ik ben weer begonnen met de omtrek van de dier. Ik heb hulplijnen gebruikt voor het midden en voor de verhoudingen tussen kop, lijf en staart. Zonder die hulplijnen vergis ik mij al gauw in de verhoudingen. Voor de schubben heb ik een structuur gebruikt uit de les Staart-eters, hoofdstuk 1, niveau 1. Tenslotte heb ik gezorgd dat de schubben de ronding van het lijf volgen.
De mooiste voorbeelden van getekende vissen vind je in Japanse prentkunst zoals deze Koi karpers van Ohara Koson (1877-1945).
Bijna het tegenovergestelde van een harige vacht, veren of schubben is de bijna doorzichtige huid van kwallen. Voor het tekenen van deze wonderbaarlijke dieren heb je veel aan ovalen (zie de les ‘De veelzijdige ovaal’, niveau 2).
Snel naar het volgende hoofdstuk voor je gegrepen wordt door een Tyrannosaurus!