In een allegorisch stilleven verwijzen de voorwerpen naar een bepaald begrip of idee. In het volgende voorbeeld verwijzen de voorwerpen naar de vijf zintuigen: horen, zien, voelen, ruiken en proeven. De gitaar voor: horen / De groene wollen shawl: voelen / De televisie: zien / De bloemen: ruiken / Het glas wijn: proeven
In zogenaamde ‘vanitas’ stillevens verwijzen de voorwerpen naar de vergankelijkheid van ons bestaan en onze bezittingen. Vandaar vaak schedels, opgebrande kaarsen, allerlei soorten horloges, half vergane boeken en lege kostbare drinkbekers.
Voor kinderen is het natuurlijk te vroeg voor zo’n nogal treurig en moralistisch onderwerp maar toch vond ooit een leerling van ca. 10-11 jaar het leuk om een vanitas stilleven tekenen.
EXTRA: natuurlijk kun je (afgezien van de schedel) ook voorwerpen uit je omgeving kiezen die verwijzen naar een idee of begrip: bijvoorbeeld alles wat met school te maken heeft, vakantie enz.