Uit elke arm met takken ontstaat een groep bladeren. De groepen liggen voor en achter elkaar want een boom is geen plat ding. Ik laat je twee manieren zien om dat te leren tekenen.
Oefening 1:
Stap 1: teken boven de stam zo licht mogelijk allemaal cirkels door elkaar heen. De cirkels hoeven helemaal niet perfect te zijn! In het voorbeeld zijn ze voor de duidelijkheid iets te donker getekend. Elke cirkel stelt één bladergroep voor.
Stap 4: maak de overgebleven lijnen met je gum nog een keer zo licht mogelijk. Maak daarna de omtrek van elke cirkel bladachtig, niet te strak, en laat de blaadjes alle kanten uit steken.
Stap 5: teken blaadjes binnen elke groep. Laat ze alle kanten uit groeien.
Stap 6: breng schaduw aan met grijswaarden of kleur, vooral waar een groep bladeren achter een andere verdwijnt.
Oefening 2: TEKENEN IN GRIJSWAARDEN
Vul met zacht potlood schetsmatig de gehele vorm van een boom donkergrijs, zonder duidelijke omtreklijnen. Maak met een goed gum (of kneedgum) lichte plekken voor de groepen bladeren zoals in oefening 1. Maak op andere plekken de schaduw donkerder zoals tussen de bladergroepen, dieper in de boom en aan een eventuele schaduwkant (in mijn voorbeeld komt het licht van rechts). Breng ten slotte wat details aan waaraan je de vorm van blaadjes kunt herkennen, niet te regelmatig, niet te precies. Als je buiten een landschap met bomen zou willen tekenen heb je veel aan het leren onderscheiden van grijswaarden.
VERSCHILLENDE BOOMSOORTEN
In oefening 1 heb ik cirkels gebruikt als basisvorm maar bij andere soorten bomen passen weer andere basisvormen. Op deze manier maak je zelfs een echte kerstboom (de onderste twee).
EXTRA: teken heel licht een of meer van de volgende boommodellen. Bekijk eventueel foto’s van de gekozen boomsoort of zo’n boom in het echt. Bij een treurwilg bijvoorbeeld wijzen de bladeren als tranen naar beneden. Je kunt de getekende bladgroepen ook direct grijs maken om vervolgens verder te gaan met licht en schaduw zoals in Oefening 2.
Een kerstboom. Begin met de twee groepen in het midden vlak boven de stam, zigzaggend van onder naar boven.